Grafieken                                                   Niet-gegroepeerde frequentietabel

1. Staafdiagram

Een staafdiagram is een voorstelling waarbij op de horizontale rechte in volgorde en op gelijke afstand van elkaar de verschillende waarnemingsgetallen voorkomen. Als er waarnemingsgetallen ontbreken tussen het kleinste en het grootste dan wordt deze er eveneens op gezet. 

Op de verticale as worden de absolute (of relatieve) frequenties aangeduid, zodat de absolute frequentie 0 in het snijpunt van beide rechten voorkomt. 

In elk waarnemingsgetal wordt er een verticaal staafje getekend waarvan de lengte overeenkomt met de absolute (relatieve) frequentie van het waarnemingsgetal. De breedten van de staven zijn onbelangrijk, maar alle staven moeten wel even breed zijn. De staven worden meestal los van elkaar getekend en de frequenties kunnen eventueel boven elke staaf genoteerd worden.

De staven kunnen ook vervangen worden door balken zodat een blokdiagram ontstaat. 

Download onderstaande file en stel bovenstaande grafieken identiek qua lay-out op. Let ook op de titels van de assen, het raster etc. Wacht tot het einde van dit hoofdstuk met het uploaden van deze file op de voorziene plaats in Smartschool.

2. Lijndiagram of frequentiepolygoon

Als we in een staafdiagram de eindpunten van de opeenvolgende staven (dus de punten met coördinaten verbinden met een lijn dan krijgen we een lijndiagram of ook wel een frequentiepolygoon. Opgelet, op een lijndiagram kan er geen informatie afgelezen worden op de lijnstukken. Deze geven louter informatie over de schommelingen in het verloop en hebben verder geen betekenis. Daarom worden de punten wat vetter getekend. Een lijndiagram kan je gebruiken om zowel absolute als relatieve frequenties van kwantitatieve of kwalitatieve eigenschappen grafisch voor te stellen. 

Teken deze grafiek na op het tweede tabblad van het excel document. 

3. Ogief of cumulatief frequentiepolygoon

Een lijndiagram dat de grafische voorstelling is van een cumulatieve frequentie wordt ook een ogief genoemd. Een ogief is nooit dalend. 

We kunnen nu bijvoorbeeld aflezen dat 61 jongeren ten hoogste 4 uur zaalsporten beoefenen per week. Opgelet, ook hier kunnen we net zoals bij een gewoon lijndiagram geen informatie aflezen op de lijnstukken. Ze geven enkel de schommelingen weer in het verloop. 

Teken deze grafiek na op het derde tabblad van het excel document.

4. Cirkeldiagram of schijfdiagram of taartdiagram

Bij een cirkeldiagram worden frequenties voorgesteld door middel van oppervlakten van cirkelsectoren. Alle waarnemingen samen moeten de ganse cirkel beslaan. Voor elke waarneming, wordt eerst de relatieve frequentie bepaald en vervolgens vermenigvuldigd met 360°. Zo bekom je de middelpuntshoek. Alle middelpuntshoeken samen moeten 360° zijn. Het bepalen van deze hoeken is belangrijk bij het tekenen van deze grafieken met de hand, in Excel worden deze automatisch berekend. Elk cirkelsegment wordt gekleurd met een andere kleur. Hier is dit echter niet zo duidelijk omdat het een zwart/wit versie is. Met Excel kan deze grafiek ook driedimentionaal voorgesteld worden. 

Teken deze grafiek na op het vierde tabblad van het excel document.

5. Strookdiagram

In plaats van de oppervlakte van een cirkelsector als maat te nemen voor de relatieve frequentie, kan men ook de oppervlakte van een rechthoek nemen. Indien we de rechthoeken naast elkaar plaatsen verkrijgt men een strook. Men spreekt hier van een strookdiagram. Om deze grafiek met de hand te tekenen ga je uit van de relatieve frequenties en vermenigvuldig je deze met de basis van de volledige rechthoek (bv. 10 cm). Zo bekom je de breedte van elk strookje horende bij de verschillende waarnemingsgetallen. Excel berekent deze automatisch. Met Excel kan deze grafiek ook driedimentionaal voorgesteld worden.

Teken deze grafiek na op het vierde tabblad van het excel document.

6. Vergelijkende diagram

In het statistisch onderzoek bij 80 jongeren naar het aantal uren zaalsport per week werd geen rekening gehouden met het geslacht van de jongeren. De frequentietabel is aangevuld met dit onderscheid. 

Om het verloop van verschillende onderzochte kenmerken met elkaar te vergelijken, kunnen we de bijbehorende lijndiagrammen of de bijbehorende staafdiagrammen samen afbeelden op één grafische voorstelling. Om de verschillende lijnen of staven van een diagram uit elkaar te houden, werken we met verschillende lijnsoorten, arceringen, rasters of kleuren waarvan we de verklaring vermelden in een legende bij het diagram. Hieronder zijn verschillende grafieken weergegeven; vergelijkend lijndiagram, vergelijkend staafdiagram en een stapeldiagram. 

Teken deze drie grafieken na op het vijfde tabblad van het excel document. Nu kan je deze file uploaden op de voorziene plaats op Smartschool. 

Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin